dinsdag 31 maart 2009

besluiteloosheid


De economische crisis heeft Servië ook geraakt, net als de buurlanden. En net als in de buurlanden wist de regering een paar maanden geleden te melden dat het allemaal wel mee zou vallen. En net als in de buurlanden valt het niet mee. Het valt vies tegen.
Om de financiële problemen te lijf te gaan, wist Servië een lening van 3 milard euro voor twee jaar los te peuteren van het Internationaal Monetair Fonds. Dat IMF stelt vanzelfsprekend voorwaarden: verlaging van de overheidsuitgaven en/of verhoging van de (belasting)inkomsten. Na eindeloos gesteggel in de coalitie koos de regering ervoor om de inkomstenbelasting met 6 procent te verhogen voor alle inkomsten boven de twaalfduizend dinar (126,95 euro) per maand.
De vakbonden, normaal gesproken verdeeld en tandenloos, stonden verenigd op hun achterste benen. Er werd gescholden en gedreigd met stakingen. Het voornemen zou in strijd zijn met eerder gedane beloften dat de pensioenen en de lonen in de collectieve sector onaangeraakt zouden blijven. Bedenk daarbij dat Servië maar liefst 1,3 miljoen gepensioneerden telt en dat slecht 2 miljoen mensen inkomstenbelasting betalen.
Slappe knieën. Gisteren, de inkt van het regeringsbesluit was nog maar amper droog, krabbelde de toch al niet erg daadkrachtige premier Cvetković haastig terug. Hij zou, beloofde hij, terug naar het IMF om te vragen of hij ook andere manieren mag verzinnen om extra geld binnen te krijgen of minder uit te geven.
Benieuwd hoe hij dat denkt te gaan doen. Minder geld voor onderwijs, gezondheidszorg, infrastructuur of nog iets anders? Het lijkt meer op een uitsteloperatie. En uitstellen, daar zijn ze hier heel goed in, tot de dood erop volgt, zou ik zowat zeggen. Intussen zit er bijna geen dinar meer in de schatkist.

2 opmerkingen:

Reijer zei

Dit schreef het NRC handelsblad op 28-02-09:
Het land telt nu 28.000 mensen in openbare diensten, dat zijn meer ambtenaren dan in het voormalige Joegoslavië. Met lokale overheden en overheidsbedrijven erbij krijgen 240.000 Serviërs iedere maand hun loon van de staat. Met gezinsleden erbij zijn dus ongeveer een miljoen Serviërs, een achtste van de bevolking, afhankelijk van de overheid.
Lijkt mij duidelijk waar het geld dus vandaan moet komen. De overheid moet binnen het ambtenarenapparaat bezuinigen. Maar of ze ook bereid zijn om dat te doen is natuurlijk maar de vraag.

David Jan zei

Ik denk het niet of slechts in geringe mate. Dat zoveel mensen in de overheidssector werken, betekent ook een boel onrust als die mensen gaan staken of anderszins in opstand komen.