En verder is het vooral schattig. Klein, je zou het pitoresk kunnen noemen, het centrum is autovrij, het doet Oostenrijks aan (niet zo gek gezien de geschiedenis), ze hebben hier ongelooflijk veel café's en restaurants, maar een cd-winkel en een boekhandel kon ik nauwelijks vinden. En het is vooral heel anders dan de andere hoofdsteden van de ex-Joe-republieken. Ik moet het met de Slovenen eens zijn: dit is geen Balkan, dit is Midden-Europa. Als ze hier niet een compleet andere taal zouden spreken, zou je zomaar kunnen denken dat je in Oostenrijk bent:
Je ziet overal om je heen allerlei aardige details.
Bij het laatste (op het parlementsgebouw) vraag ik me af waarom al die mannen met stoere beroepen in vredesnaam in hun nakie zijn en waarom de man links naar het schijnt een gat boort in het hoofd van zijn buurman met de lamp.
Vooral schattig, zei ik, maar als geen enkele stad niet alleen maar schattig.
Hier en daar kan nog wel wat opgeknapt worden:
En op sommige plekken staat de boel echt op instorten:
Mijn indrukken dus van Ljubljana na bijna twee dagen. Trek er vooral geen conclusies uit. Het zijn slechts de indrukken van een voorbijganger.
1 opmerking:
Ja, hier heb ik gewoond. In die pizzeria zal ik ongetwijfeld wel eens een pizza hebben genuttigd.
Een reactie posten